Amsterdamse klok
Pronkstuk bij uitstek
Amsterdam ontwikkelde zich vanaf het eind van de Gouden Eeuw tot het belangrijkste klokkenmakerscentrum binnen Nederland. Hier ontstond het welbekende Amsterdams staand horloge: het pronkstuk bij uitstek in statige grachtenpanden en buitenplaatsen. De klokkenkasten in Lodewijk XV en XVI-stijl herbergen vaak vermakelijke figuurmechanieken van bewegende scheepjes, molens, jachtscènes of mythologische voorstellingen.
Eerste wereldklok
Een wel zeer bijzonder exemplaar is de klok van Gerrit Knip in Museum Zaanse Tijd. Deze toont een schijf waarop de sterrenhemel van het Noordelijk halfrond te zien is, voorzien van de tekens van de dierenriem. Hieromheen valt bovendien de lokale tijd af te lezen in 17 plaatsen verspreid over de wereld, van Batavia - het huidige Jakarta - in voormalig Nederlands Oost-Indië tot Suriname. Rijke kooplieden met aandelen in de Oost- en West-Indische Compagnie konden hiermee aan hun gasten laten zien hoe laat het was aan de andere kant van de wereld, lang voordat er officiële tijdzones waren.