De Boekenweek van Literatuurmuseum / Kinderboekenmuseum
5 vrouwelijke auteurs die de schijnwerpers verdienen
Als museum dat draait om literatuur zijn alle boeken hen even lief, maar voor deze Boekenweek maakt het Literatuurmuseum / Kinderboekenmuseum tóch een uitzondering.
Het Jongensuur
Dit in 1969 verschenen boek vermengt twee thema’s die daarvoor nog nooit in combinatie werden beschreven: de onderduik en transseksualiteit. Aan het begin staat het meisje na de bevrijding tegen krijgsgevangen Duitsers te schreeuwen, vol machteloze woede en angst na de vernietiging van haar hele vooroorlogse joodse wereld. Maar al snel blijkt Simones grootste zorg niet een oorlogstrauma te zijn, maar het feit dat ze een jongen is in een meisjeslichaam.
Suriname, ik ben
Dit boek is een in 2021 verschenen heruitgave van het in 1969 verschenen boek Sarnami, hai. In 1969 werd het vooral bijzonder gevonden dat er met Vianen een stem uit het Caraïbische gebied in Nederland te horen was. Inmiddels wordt het boek ook gelezen als een psychologische roman, waarbij de manier waarop de vrouwelijke hoofdpersoon zich in een patriarchale omgeving staande probeert te houden, belangrijker is dan dat die omgeving Surinaams is.
De tienduizend dingen
Dermoût, geboren op Java in 1888, debuteerde op haar 63ste in 1955 met De tienduizend dingen. De roman gaf haar zowel nationaal als internationaal grote bekendheid en heeft inmiddels de status van een klassieker. Het boek werd in 2024 in NRC genoemd als 'de mooiste Nederlandse roman ooit', en gaat is met recht een meesterwerk uit de Nederlands-Indische literatuur met internationale klassieke status.
Poëzie is een steen
Ellen Warmond ging in 1955 bij het Literatuurmuseum werken omdat haar baan op een handelskantoor niet genoeg ruimte gaf aan poëzie. De anekdote is typerend voor haar toewijding aan de literatuur, vooral aan de poëzie. Niet dat ze er moeilijk over deed: dichten was een ambacht ‘zoals een timmerman een tafel maakt’. In Poëzie is een steen verzamelde Anne-Marie Hoogendam een kleine honderd gedichten die een beeld geven van een bijzonder oeuvre: scherp, beheerst, en onderhuids ook verrassend emotioneel.
Weegschaal de aarde
Emancipatie en solidariteit – daar gaat het om in de activistische poëzie van Sonja Prins, of het nu arbeiders, vrouwen, gekoloniseerden of dieren betreft. Ze deed nooit concessies, en werd door literaire uitgevers te activistisch genoemd, maar door activistische uitgevers te literair. Tot aan haar overlijden is ze bezig geweest met het ordenen van haar werk, dat na haar door gepubliceerd werd. In een zestal verzamelbundels vind je haar proza én haar 2500 (!) gedichten.